Vaktherapeuten

Uitkomsten enquête ‘Situatie vrijgevestigde vaktherapeuten in coronatijd’

19 juni 2020

Zondag 15 maart 2020 kondigde de rijksoverheid de coronamaatregelen af: werk thuis en behandel zoveel mogelijk online. Al snel kwamen er bij ons als FVB signalen van verontruste vrijgevestigde vaktherapeuten (VVT-ers) binnen: zij zagen hun inkomen gedeeltelijk of helemaal wegvallen. Het was niet direct duidelijk onder welke rijksregelingen de VVT-ers zouden vallen om hun weggevallen inkomen te compenseren. We hebben toen de enquête ‘Situatie vrijgevestigde vaktherapeuten in coronatijd’ uitgezet onder 1300 VVT-ers om zo een goed beeld te krijgen van de problemen waar men tegenaan loopt en de grootte ervan. 

In totaal hebben 390 vaktherapeuten de enquête ingevuld (dank daarvoor!). Dit is een score van 30% van alle vrijgevestigde therapeuten. In de eerste 24 uur dat de enquête gepubliceerd was én goed werkte hebben 216 vaktherapeuten (17%) gereageerd.  Het onderwerp leefde dus onder de VVT-ers.  

Uit de enquête blijkt dat, ondanks de eerste zorgelijke signalen, veel VVT-ers zich zullen gaan redden. De meeste VVT-praktijken blijken zich goed te kunnen aanpassen aan de nieuwe omstandigheden en tonen veerkracht. Tegelijk bieden het versoepelen van de maatregelen en het protocol voor het opschalen de mogelijkheid om weer face-to-face behandeling te geven. Cliënten die (de start van) de behandeling hadden uitgesteld keren weer terug. Een kleine groep van 4% van de respondenten geeft aan bang te zijn niet te blijven voortbestaan. We hopen als FVB dat zij zich toch kunnen herstellen nu face-to-face werken weer mogelijk is.

Daarnaast blijkt het versnipperde inkomen zowel een probleem als een beschermende factor: de meeste VVT-ers raken niet direct in grote problemen als één vorm van financiering wegvalt. Het overall beeld is dat er geen groot risico is dat (op termijn) de continuïteit van de vaktherapeutische zorg door vrijgevestigden in gevaar komt. Als FVB constateren we ook dat veel vaktherapeuten onmiskenbaar omzetverlies lijden als gevolg van de lockdown. Het blijkt in de praktijk voor VVT-ers echter niet mogelijk om als zorgverlener 90 tot 100% ‘doorbetaald’ te worden of om het inkomstenverlies via de verschillende regelingen te compenseren.  Helaas is aan de oorspronkelijke verwachting die gewekt is, namelijk dat de zorg niet alleen door moest gaan, maar ook gewoon doorbetaald zou worden, niet voldaan voor onze vrijgevestigde leden.

We zien dat gemeenten de positie van vaktherapeuten nog onvoldoende kennen. Bijvoorbeeld welke financiële coronaregeling op hen van toepassing is: zijn ze nu zorg of een ander soort zzp-er? VVT-ers hebben meerdere regelingen nodig wegens het versnipperde inkomen en kunnen dus niet alleen naar de CB-regeling verwezen worden bij een TOZO-aanvraag of andersom. Dit hebben we bij VWS en de VNG onder de aandacht gebracht. De VNG zal naar aanleiding hiervan gemeenten informeren over de positie van vrijgevestigde behandelaren.

Ook valt op dat ruim 57% van de VVT-ers geen contract met de gemeente heeft voor jeugdhulp en ruim 71% niet zorg verleent op Jeugdwet PGB, terwijl ruim 71% van de VVT-ers wél met jeugdigen tussen de 0 en 18 jaar werkt. Veel gemeenten erkennen vaktherapie nog niet en zetten het niet in voor hulp aan (jonge) kinderen. Hierin ligt een gemiste kans voor passende en betaalbare hulp in tijden van wachtlijsten bij de jeugg-ggz en jeugdzorg. Dit is een aandachtpunt dat we als FVB (opnieuw) bij de VNG en het ministerie van VWS onder de aandacht hebben gebracht.

De volledige uitkomsten kun je hier vinden. 

Zie ook  vrijgevestigde vaktherapeuten coronavirus coronacrisis